Uit de Pers een verhaal over Spinoza die verstopt lijkt te zitten in de boeken van Jip en Janneke. Met dank aan Stan Verdulst die scherpzinnig opmerkt dat het Amsterdam Wereldboekenstad wel goed uit komt dat Annie en Baruch aan elkaar worden gelinkt. Et tu, Anne?, vraagt hij zich af.
Ondergaand twee aangehaalde artikelen, uit De Pers en het Nederlands Dagblad.
Spinoza’s godsbeeld zit verstopt in de boeken van Jip en JannekeDoor: Maaike Broersma
Na Winnie de Poeh blijken nu ook Jip en Janneke een diepere filosofische boodschap te bevatten, namelijk die van Spinoza. Volgens literatuurwetenschapper Piet Mooren is er sprake van een onbekende god in Jip en Janneke. ‘Het is de god van de schepping en de natuur in al zijn facetten.’
Naar die god zijn beide kleuters volgens Mooren in tal van rollen opzoek. ‘Het meest prominent zie je dat in de rol van vadertje en moedertje. Bijvoorbeeld het verhaal dat Jip en Janneke gaan trouwen. Jip zegt dat Janneke alleen een sluier nodig heeft en dat het schuurtje wel dienst kan doen als kerk. De beer wordt op het trapleertje gezet dat dient als preekstoel. Beer krijgt een slab om zodat hij eruitziet als een echte dominee.’
Dit is volgens Mooren de enige keer dat Annie M.G. Schmidt een directe verwijzing maakt naar kerkelijke rituelen. Schmidt, die opgroeide als domineesdochter, keerde zich al gauw af van de calvinistische leer van haar vader. Maar het godsbeeld van Spinoza, die god gelijkstelt aan de natuur, is volgens Mooren duidelijk aanwezig in Schmidts kinderboeken. ‘In de verhalen kom je de god als schepping ten volle tegen. Jip en Janneke zijn een heel ontdekkend duo, altijd in de natuur. Al staat nergens geschreven dat alles één is in god en natuur, toch lijken beide kleuters vanuit dit intuïtieve besef te leven. Als je de verhalen met die bril bekijkt kom je er goed mee weg’, zegt Mooren. Bewijzen dat Schmidt inderdaad beïnvloed was door Spinoza is volgens hem erg lastig. ‘Maar Schmidt heeft zelf geschreven over haar vaders boekenkast die vol zou staan met filosofen. Je zou dus naar de preken van haar vader moeten kijken of hij ook beïnvloed is geweest door Spinoza.’
En uit het Nederlands Dagblad
Verhalen Jip en Janneke religieus geduidTILBURG - 'God' speelt in de verhalen over Jip en Janneke een belangrijke rol, zegt literatuurwetenschapper Piet Mooren. Maar niet de God van de Bijbel. ,,Hun onbekende God is de God van de schepping en van de natuur in al zijn facetten.'' Hij komt tot die conclusie na een analyse van de verhalen over Jip en Janneke, geschreven door domineesdochter Annie M.G. Schmidt. Mooren, universitair docent aan de faculteit geesteswetenschappen van de Universiteit Tilburg, hield in Tilburg een lezing over 'God in kinderboeken'.
Volgens hem heeft Annie M.G. Schmidt ,,het christelijk geloof van de vaderen en de orthodoxe, traditionele rituelen al vroeg achter zich gelaten''. Hij herkent in haar kinderverhalen echter wel een godheid die zich manifesteert in de natuur en in de schepping. ,,Naar die God van zowel hemel en aarde als van mens, dier en ding gaan Jip en Janneke in tal van rollen op zoek.'' Daarmee gaat het volgens hem niet om ,,de God van de christelijke dogma's en leerstellige tradities zoals die in kerken verkondigd wordt''.
De enige uitzondering daarop kwam hij tegen in het verhaal waarin Jip en Janneke trouwen. ,,Janneke weet niet hoe dat moet, maar volgens Jip kan het schuurtje als kerk dienen, heeft Janneke enkel een sluier nodig en volstaat voor hemzelf een hoed. Dan loopt het bruidspaar arm in arm naar de kerk om voor hun beer te gaan staan die het trapleertje als preekstoel gebruikt en die er met een slabbetje om als een echte dominee uitziet'', vertelt Mooren. ,,Na deze onorthodoxe huwelijksinzegening feliciteert moeder bruid en bruidegom, om het echtpaar vervolgens te trakteren op twee krentenbroodjes als bruiloftsmaal.''
In andere verhalen over Jip en Janneke worden volgens Mooren geen directe verwijzingen gemaakt naar God of kerk. ,,Zij leven niet in het regime van straf en boete van een strenge, calvinistische God, mogen lachen om de grapjes van hun moeder en ook alles op eigen houtje ontdekken. Dat gebeurt in de veilige omgeving van familie en buurt. Zo gaan ze aan het zaaien in de lente, aan het pootje baden in de zomer, aan het bladeren opvegen in de herfst en aan het maken van een sneeuwpop in de winter.''
Deze rituelen duidt Mooren religieus. ,,Al staat nergens geschreven dat alles één is in God of in de natuur, toch lijken beide kleuters, net als de natuur zelf, vanuit dat intuïtieve besef te leven.''