![]() |
bestaan buitensluit), en welke wij ons steeds op dezelfde wijs verbeelden (volgens stell. 38 deel 2). Daarom blijft zulk een hartstogt steeds dezelfde, en dus zullen (volgens o.k.w. 1 van dit deel) de hartstogten, die daarmede in strijd zijn, en die door hunne uitwendige oorzaken niet gekoesterd worden, zich er meer en meer naar moeten schikken, totdat zij er niet langer tegen strijden, en inzooverre is een hartstogt, die uit de rede ontstaat, magtiger; w.t.b.w. Stelling VIII. Naarmate een hartstogt door meer zamenloopende oorzaken wordt opgewekt, des te grooter is hij. Bewijs. Meer oorzaken te gelijk vermogen meer dan indien zij minder waren (volgens stell. 7 deel 3). Derhalve (volgens stell. 5 deel 4) naar mate eenige hartstogt door meer oorzaken te gelijk wordt opgewekt, des te sterker is hij; w.t.b.w. Aanmerking. Deze stelling blijkt ook uit o.k.w. 2 van dit deel. Stelling IX. Een hartstogt, die tot meerdere en verschillende oorzaken wordt teruggebragt, welke de geest te gelijk met den hartstogt beschouwt, is minder nadeelig, en wij lijden er minder door, en worden jegens elke oorzaak minder aangedaan, dan een andere even groote hartstogt, die tot slechts één of tot >> aantal woorden: 192 |