140

Doch als de beelden in het ligchaam geheel verward worden, zal de geest zich ook alle ligchamen verward, zonder eenig onderscheid verbeelden en als onder ééne eigenschap zamenvatten, namelijk onder de eigenschap van wezen, ding enz. Dit kan ook daaruit afgeleid worden, omdat de beelden niet altijd even helder zijn, en uit andere hiermede overeenkomende oorzaken, die het niet noodig is hier te verklaren; want tot het doel, waarnaar wij streven, is het genoeg er maar ééne te beschouwen. Allen toch komen hierop neder, dat deze benamingen hoogst verwarde denkbeelden beteekenen. Vervolgens zijn uit dergelijke oorzaken die zoogenaamde algemeene begrippen, als mensch, paard, hond enz. ontstaan. Namelijk omdat in het menschelijke ligchaam zooveel beelden, b.v. van menschen, te gelijk gevormd worden, dat zij de kracht der verbeelding wel niet geheel, maar toch in zooverre te boven gaan, dat de geest zich de kleine verscheidenheden der enkelen (namelijk ieders kleur, grootte enz) en hun bepaald getal niet kan verbeelden, en zich alleen dat, waarin allen, voorzoover het ligchaam er door wordt aangedaan, overeenkomen duidelijk verbeeldt; want daardoor is het ligchaam, namelijk vooral door ieder enkel ding, aangedaan, en dit drukt hij uit met het woord, mensch, en dit verklaart hij van eene oneindige >>


aantal woorden: 204