107

dere wijzen kan aangedaan worden, terwijl zijne natuur des niettemin behouden blijft. Want nademaal elk deel daarvan uit meer ligchamen is zamengesteld; zal dus (volgens de vorige hulpstelling) elk deel daarvan zonder eenige verandering zijner natuur dan eens sneller dan eens langzamer kunnen bewogen worden, en bij gevolg zijne bewegingen sneller of langzamer aan de overige kunnen mededeelen. Bijaldien wij daarenboven eene derde soort van enkelwezens, die uit deze tweede is zamengesteld, denken, dan zullen wij bevinden, dat deze op vele andere wijzen kan aangedaan worden zonder eenige verandering van zijn werkelijk bestaan. En indien wij alzoo verder in het oneindige voortgaan, zullen wij gemakkelijk denken, dat de geheele natuur één enkelwezen is, welks deelen, dat is, alle ligchamen, op oneindige wijzen verschillen zonder eenige verandering van het geheele enkelwezen. En dit had ik, indien het mijn voornemen geweest was, opzettelijk over het ligchaam te handelen, uitvoeriger moeten verklaren en bewijzen. Doch ik heb reeds gezegd, dat ik iets anders wil; en dit om geene andere reden aanhaal, dan omdat ik daaruit wat ik besloten heb te bewijzen gemakkelijk kan afleiden.

Vereischten. 

I. Het menschelijk ligchaam is zamengesteld uit verscheidene enkelwezens van verschillende natuur, waarvan elk zeer >>


aantal woorden: 199